Gelet op de artikelen 146 e.v. van het provinciedecreet van 2005 en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beheers- en beleidscyclus van de lokale besturen;
Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan en van de rekeningstelsel van de lokale en provinciale besturen;
De provincieraad stelt de gewijzigde lijst van nominatieve subsidies vast. De gewijzigde lijst van nominatieve subsidies wordt als integrerend deel aan dit besluit gehecht.
Kennisnemen van de opvolgingsrapportering Q2 2024
De provincieraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering Q2 2024.
Gelet op het “Subsidiereglement Arbeidsmatige activiteiten gericht op de doorstroom naar werk” van 17 november 2021;
Overwegende dat in de aanhef en in artikel 2 van bovenvermeld reglement verwezen wordt naar verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun;
Overwegende dat in artikel 3 van bovenvermeld reglement gesteld wordt dat “de aanvrager moet voldoen aan de voorwaarden om de-minimissteun te verkrijgen, wat betekent dat de totale ontvangsten van de-minimissteun maximum 200 000,00 euro mogen bedragen over de periode van de laatste drie belastingjaren, in toepassing van de de-minimisverordening.”;
Overwegende dat sedert 1 januari 2024 de de-minimisverordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (verder “de nieuwe de-minimisverordening”) in voege is getreden, waarbij het drempelbedrag van maximaal 200.000 euro over de periode van de afgelopen drie belastingjaren verhoogd wordt naar maximaal 300.000 euro over een periode van drie jaar; dat met de invoering van de nieuwe de-minimisverordening het niet langer gaat om belastingjaren, doch wel om een rollende periode van steeds de volle drie jaar; dat hierdoor de referentieperiode slaat op de laatste drie jaren op het moment van de toekenning van de nieuwe steun; dat bij elke nieuwe toekenning van de-minimissteun aldus het totale in de drie voorgaande jaren aan de-minimissteun verleende bedrag in aanmerking moet worden genomen;
dat naar aanleiding hiervan het bovenvermeld reglement aangepast moet worden;
Gelet op het “Subsidiereglement inzake stimulering van innovatief ondernemerschap voor Limburgse kmo’s” van 21 april 2021;
Overwegende dat in de aanhef van bovenvermeld reglement nog niet verwezen wordt naar het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, alsook nog niet naar de de-minimisverordening;
Overwegende dat in artikel 2 van bovenvermeld reglement verwezen wordt naar verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, Pb EU L 352/9 van 24 december 2013;
Overwegende dat in artikel 2, artikel 3 en artikel 7 van bovenvermeld reglement melding gemaakt wordt van het bedrag van maximum 200.000 euro over de periode van de laatste drie belastingjaren;
Overwegende dat er sedert 1 januari 2024 een nieuwe de-minimisverordening in voege is getreden waarbij het drempelbedrag van maximaal 200.000 euro over de periode van de afgelopen drie belastingjaren verhoogd wordt naar maximaal 300.000 euro over een periode van drie jaar; dat met de invoering van de nieuwe de-minimisverordening het niet langer gaat om belastingjaren, doch wel om een rollende periode van steeds de volle drie jaar; dat hierdoor de referentieperiode slaat op de laatste drie jaren op het moment van de toekenning van de nieuwe steun; dat bij elke nieuwe toekenning van de-minimissteun aldus het totale in de drie voorgaande jaren aan de-minimissteun verleende bedrag in aanmerking moet worden genomen;
dat naar aanleiding hiervan het bovenvermeld reglement aangepast moet worden;
Gelet op het “Subsidiereglement Leisurefonds” van 16 februari 2022;
Overwegende dat in de aanhef van bovenvermeld reglement nog niet verwezen wordt naar het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;
Overwegende dat in de aanhef en in artikel 6 van bovenvermeld reglement verwezen wordt naar verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352 en alle latere wijzigingen van die verordening), en melding gemaakt wordt van het bedrag van maximum 200.000 euro;
Overwegende dat ook in artikel 14 van bovenvermeld reglement melding gemaakt wordt van het bedrag van maximum 200.000 euro;
Overwegende dat er sedert 1 januari 2024 een nieuwe de-minimisverordening in voege is getreden waarbij het drempelbedrag van maximaal 200.000 euro over de periode van de afgelopen drie belastingjaren verhoogd wordt naar maximaal 300.000 euro over een periode van drie jaar; dat met de invoering van de nieuwe de-minimisverordening het niet langer gaat om belastingjaren, doch wel om een rollende periode van steeds de volle drie jaar; dat hierdoor de referentieperiode slaat op de laatste drie jaren op het moment van de toekenning van de nieuwe steun; dat bij elke nieuwe toekenning van de-minimissteun aldus het totale in de drie voorgaande jaren aan de-minimissteun verleende bedrag in aanmerking moet worden genomen;
dat naar aanleiding hiervan het bovenvermeld reglement aangepast moet worden;
Gelet op het “Provinciaal subsidiereglement Ontwikkelings- en Acceleratiefonds” van 27 april 2022;
Overwegende dat in de aanhef van bovenvermeld reglement nog niet verwezen wordt naar het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, alsook nog niet naar de de-minimisverordening;
Overwegende dat in artikel 2 van bovenvermeld reglement verwezen wordt naar verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, Pb EU L 352/9 van 24 december 2013;
Overwegende dat er sedert 1 januari 2024 een nieuwe de-minimisverordening in voege is getreden waarbij het drempelbedrag van maximaal 200.000 euro over de periode van de afgelopen drie belastingjaren verhoogd wordt naar maximaal 300.000 euro over een periode van drie jaar; dat met de invoering van de nieuwe de-minimisverordening het niet langer gaat om belastingjaren, doch wel om een rollende periode van steeds de volle drie jaar; dat hierdoor de referentieperiode slaat op de laatste drie jaren op het moment van de toekenning van de nieuwe steun; dat bij elke nieuwe toekenning van de-minimissteun aldus het totale in de drie voorgaande jaren aan de-minimissteun verleende bedrag in aanmerking moet worden genomen;
dat naar aanleiding hiervan het bovenvermeld reglement aangepast moet worden;
Gelet op het “Reglement betreffende het verlenen van subsidies voor toeristische logies van de toekomst – investeringssubsidie” van 19 februari 2020;
Overwegende dat in de aanhef van bovenvermeld reglement nog niet verwezen wordt naar het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;
Overwegende dat in de aanhef en in artikel 6 van bovenvermeld reglement verwezen wordt naar verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352 en alle latere wijzigingen van die verordening), en melding gemaakt wordt van het bedrag van maximum 200.000 euro;
Overwegende dat ook in artikel 14 van bovenvermeld reglement melding gemaakt wordt van het bedrag van maximum 200.000 euro;
Overwegende dat er sedert 1 januari 2024 een nieuwe de-minimisverordening in voege is getreden waarbij het drempelbedrag van maximaal 200.000 euro over de periode van de afgelopen drie belastingjaren verhoogd wordt naar maximaal 300.000 euro over een periode van drie jaar; dat met de invoering van de nieuwe de-minimisverordening het niet langer gaat om belastingjaren, doch wel om een rollende periode van steeds de volle drie jaar; dat hierdoor de referentieperiode slaat op de laatste drie jaren op het moment van de toekenning van de nieuwe steun; dat bij elke nieuwe toekenning van de-minimissteun aldus het totale in de drie voorgaande jaren aan de-minimissteun verleende bedrag in aanmerking moet worden genomen;
dat naar aanleiding hiervan het bovenvermeld reglement aangepast moet worden;
Gelet op het “Provinciaal reglement – Droogte Innovatie Fonds (DIF) – projectsubsidie” van 16 september 2020;
Overwegende dat in de aanhef van bovenvermeld reglement nog niet verwezen wordt naar het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, alsook nog niet naar de de-minimisverordening;
Overwegende dat in artikel 7 van bovenvermeld reglement verwezen wordt naar “de-minimisverordening nr. 1407/2013”;
Overwegende dat er sedert 1 januari 2024 een nieuwe de-minimisverordening in voege is getreden waarbij het drempelbedrag van maximaal 200.000 euro over de periode van de afgelopen drie belastingjaren verhoogd wordt naar maximaal 300.000 euro over een periode van drie jaar; dat met de invoering van de nieuwe de-minimisverordening het niet langer gaat om belastingjaren, doch wel om een rollende periode van steeds de volle drie jaar; dat hierdoor de referentieperiode slaat op de laatste drie jaren op het moment van de toekenning van de nieuwe steun; dat bij elke nieuwe toekenning van de-minimissteun aldus het totale in de drie voorgaande jaren aan de-minimissteun verleende bedrag in aanmerking moet worden genomen;
dat naar aanleiding hiervan het bovenvermeld reglement aangepast moet worden;
Gelet op het “Provinciaal reglement betreffende de subsidiëring van biodiversiteitsprojecten – Projectsubsidie” van 20 maart 2024;
Overwegende dat in de aanhef van bovenvermeld reglement nog niet verwezen wordt naar het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, alsook nog niet naar de de-minimisverordening;
Overwegende dat in artikel 6 van bovenvermeld reglement verwezen wordt naar verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352) en alle latere wijzigingen van die verordening, en melding gemaakt wordt van het bedrag van maximum 200.000 euro;
Overwegende dat er sedert 1 januari 2024 een nieuwe de-minimisverordening in voege is getreden waarbij het drempelbedrag van maximaal 200.000 euro over de periode van de afgelopen drie belastingjaren verhoogd wordt naar maximaal 300.000 euro over een periode van drie jaar; dat met de invoering van de nieuwe de-minimisverordening het niet langer gaat om belastingjaren, doch wel om een rollende periode van steeds de volle drie jaar; dat hierdoor de referentieperiode slaat op de laatste drie jaren op het moment van de toekenning van de nieuwe steun; dat bij elke nieuwe toekenning van de-minimissteun aldus het totale in de drie voorgaande jaren aan de-minimissteun verleende bedrag in aanmerking moet worden genomen;
dat naar aanleiding hiervan het bovenvermeld reglement aangepast moet worden;
Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikelen 107 en 108 in het bijzonder;
Gelet op verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen;
Gelet op het besluit van de provincieraad van 24 oktober 2012 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van subsidies en de normen voor reservevorming;
Gelet op het besluit van de provincieraad van 20 maart 1996 betreffende de herkenbaarheid van het provinciebestuur in provinciale subsidiereglementen;
Gelet op artikel 42 van het provinciedecreet;
In de aanhef en in artikel 2 van het “Subsidiereglement Arbeidsmatige activiteiten gericht op de doorstroom naar werk” van 17 november 2021, wordt “verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun”, vervangen door “verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
In artikel 3 van dit reglement wordt het bedrag van “maximum 200.000,00 euro” vervangen door het bedrag van “maximum 300.000 euro”, en wordt “de periode van de laatste drie belastingjaren” vervangen door “een periode van drie jaar waarbij deze periode van drie jaar op voortschrijdende grondslag moet worden beoordeeld”.
De aanhef van het “Subsidiereglement inzake stimulering van innovatief ondernemerschap voor Limburgse kmo’s” van 21 april 2021 wordt na de overweging “Overwegende dat het om bovenvermelde redenen aangewezen is om over te gaan tot de wijziging van dit subsidiereglement” aangevuld als volgt:
“Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikelen 107 en 108 in het bijzonder;
Gelet op verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
In artikel 2 van dit reglement wordt de vermelding van “verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, Pb EU L 352/9 van 24 december 2013”, vervangen door “verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
In artikel 2, artikel 3 en artikel 7 van dit reglement wordt het bedrag van “maximum 200.000,00 euro” vervangen door het bedrag van “maximum 300.000 euro”, en worden de vermeldingen “periode van de laatste drie belastingjaren (huidig lopende jaar en twee voorgaande belastingjaren)”, de “periode van de laatste drie belastingjaren”, respectievelijk “de periode van de voorbije drie belastingjaren” vervangen door “een periode van drie jaar waarbij deze periode van drie jaar op voortschrijdende grondslag moet worden beoordeeld”.
In de aanhef van het “Subsidiereglement Leisurefonds” van 16 februari 2022 worden de overwegingen:
“Gelet op de verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352 en alle latere wijzigingen van die verordening);
Overwegende dat de steun in het kader van deze subsidie wordt beschouwd als “de-minimissteun”;
dat de “de-minimisregeling” de mogelijkheid biedt om steun gelimiteerd tot 200 000,00 euro per 3 jaar toe te kennen aan ondernemingen en dat de periode van 3 jaar een rollend karakter heeft;
dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 200 000,00 euro per 3 jaar al dan niet overschreden wordt;” vervangen door de volgende overwegingen:
“Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikelen 107 en 108 in het bijzonder;
Gelet op verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening;
Overwegende dat de steun in het kader van deze subsidie wordt beschouwd als “de-minimissteun”;
dat de “de-minimisregeling” de mogelijkheid biedt om steun gelimiteerd tot 300.000 euro over 3 jaar toe te kennen aan ondernemingen en dat de periode van 3 jaar een rollend karakter heeft;
dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 300.000 euro over de periode van 3 jaar al dan niet overschreden wordt”.
In artikel 6 van dit reglement worden de bepalingen: “De steun die in het kader van deze subsidie wordt gegeven, wordt beschouwd als “de-minimissteun”, zoals bepaald in de verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352) en alle latere wijzigingen van die verordening.
De “de-minimisregeling” biedt de mogelijkheid om steun toe te kennen aan ondernemingen gelimiteerd tot 200 000,00 euro per 3 jaar. De periode van 3 jaar heeft een rollend karakter. Het is belangrijk om te weten dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 200 000,00 euro per 3 jaar al dan niet overschreden wordt.” vervangen door:
“De steun die in het kader van deze subsidie wordt gegeven, wordt beschouwd als “de-minimissteun”, zoals bepaald in de verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening.
De “de-minimisregeling” biedt de mogelijkheid om steun toe te kennen aan ondernemingen gelimiteerd tot 300.000 euro over 3 jaar. De periode van 3 jaar heeft een rollend karakter. Het is belangrijk om te weten dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 300.000 euro over de periode van 3 jaar al dan niet overschreden wordt”.
In artikel 14, in fine van dit reglement wordt de bepaling: “indien uit de de-minimisverklaring(en) blijkt dat het limietbedrag van 200 000,00 euro per 3 jaar na toekenning van het gevraagde subsidiebedrag zal worden overschreden, zal het toegekende subsidiebedrag verhoudingsgewijs aangepast worden.” vervangen door:
“Indien uit de de-minimisverklaring(en) blijkt dat het limietbedrag van 300.000 euro over de rollende periode van 3 jaar na toekenning van het gevraagde subsidiebedrag zal worden overschreden, zal het toegekende subsidiebedrag verhoudingsgewijs aangepast worden”.
De aanhef van het “Provinciaal subsidiereglement Ontwikkelings- en Acceleratiefonds” van 27 april 2022 wordt na de overweging “Overwegende dat het voorschotbedrag momenteel 65% van het toegekende subsidiebedrag bedraagt; dat om afstemming met de in het meerjarenplan vastgelegde budgetten te optimaliseren de mogelijkheid wordt gegeven aan de deputatie om het voorschotbedrag te verhogen tot maximaal 80% van het toegekende subsidiebedrag” aangevuld als volgt:
“Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikelen 107 en 108 in het bijzonder;
Gelet op verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
In artikel 2 van dit reglement worden de vermeldingen van “verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, Pb EU L 352/9 van 24 december 2013”, vervangen door “verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
In de aanhef van het “Reglement betreffende het verlenen van subsidies voor toeristische logies van de toekomst – investeringssubsidie” van 19 februari 2020 worden de overwegingen:
“Gelet op de verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352 en alle latere wijzigingen van die verordening);
Overwegende dat de steun in het kader van deze subsidie wordt beschouwd als “de-minimissteun”;
dat de “de-minimisregeling” de mogelijkheid biedt om steun gelimiteerd tot 200 000,00 euro per 3 jaar toe te kennen aan ondernemingen en dat de periode van 3 jaar een rollend karakter heeft;
dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 200 000,00 euro per 3 jaar al dan niet overschreden wordt;” vervangen door de volgende overwegingen:
“Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikelen 107 en 108 in het bijzonder;
Gelet op verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening;
Overwegende dat de steun in het kader van deze subsidie wordt beschouwd als “de-minimissteun”;
dat de “de-minimisregeling” de mogelijkheid biedt om steun gelimiteerd tot 300.000 euro over 3 jaar toe te kennen aan ondernemingen en dat de periode van 3 jaar een rollend karakter heeft;
dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 300.000 euro over de periode van 3 jaar al dan niet overschreden wordt”.
In artikel 6 van dit reglement worden de bepalingen: “De steun die in het kader van deze subsidie wordt gegeven, wordt beschouwd als “de-minimissteun”, zoals bepaald in de verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352) en alle latere wijzigingen van die verordening.
De “de-minimisregeling” biedt de mogelijkheid om steun toe te kennen aan ondernemingen gelimiteerd tot 200.000,00 euro per 3 jaar. De periode van 3 jaar heeft een rollend karakter. Het is belangrijk om te weten dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 200.000,00 euro per 3 jaar al dan niet overschreden wordt.” vervangen door:
“De steun die in het kader van deze subsidie wordt gegeven, wordt beschouwd als “de-minimissteun”, zoals bepaald in de verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening.
De “de-minimisregeling” biedt de mogelijkheid om steun toe te kennen aan ondernemingen gelimiteerd tot 300.000 euro over 3 jaar. De periode van 3 jaar heeft een rollend karakter. Het is belangrijk om te weten dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 300.000 euro over de periode van 3 jaar al dan niet overschreden wordt”.
In artikel 14 van dit reglement wordt de bepaling: “indien uit de de-minimisverklaring blijkt dat het limietbedrag van 200.000,00 euro per 3 jaar na toekenning van het gevraagde subsidiebedrag zal worden overschreden, zal het toegekende subsidiebedrag verhoudingsgewijs aangepast worden.” vervangen door:
“Indien uit de de-minimisverklaring blijkt dat het limietbedrag van 300.000 euro over de rollende periode van 3 jaar na toekenning van het gevraagde subsidiebedrag zal worden overschreden, zal het toegekende subsidiebedrag verhoudingsgewijs aangepast worden”.
De aanhef van het “Provinciaal reglement – Droogte Innovatie Fonds (DIF) – projectsubsidie” van 16 september 2020, wordt na de overweging “overwegende dat het om bovenvermelde redenen aangewezen is om over te gaan tot de vaststelling van een subsidiereglement” aangevuld als volgt:
“Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikelen 107 en 108 in het bijzonder;
Gelet op verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
In artikel 7 van dit reglement wordt de vermelding van “de-minimisverordening nr. 1407/2013” vervangen door “verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
De aanhef van het “Provinciaal reglement betreffende de subsidiëring van biodiversiteitsprojecten – Projectsubsidie” van 20 maart 2024, wordt na de overweging “overwegende dat het om bovenvermelde redenen aangewezen is om over te gaan tot een wijziging van dit subsidiereglement waarbij de focus verschuift naar de kerntaak van de provincie in het natuurbeleid, namelijk (delen van) functionele natuurverbindingen realiseren op terrein” aangevuld als volgt:
“Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, artikelen 107 en 108 in het bijzonder;
Gelet op verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening”.
In artikel 6 van dit reglement worden de bepalingen: “De steun die in het kader van deze subsidie wordt gegeven, wordt beschouwd als “de-minimissteun”, zoals bepaald in de verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (Publicatieblad van 24 december 2013, L 352) en alle latere wijzigingen van die verordening.
De “de-minimisregeling” biedt de mogelijkheid om steun toe te kennen aan ondernemingen gelimiteerd tot 200.000,00 euro per 3 jaar. De periode van 3 jaar heeft een rollend karakter. Het is belangrijk om te weten dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 200.000,00 euro per 3 jaar al dan niet overschreden wordt.” vervangen door:
“De steun die in het kader van deze subsidie wordt gegeven, wordt beschouwd als “de-minimissteun”, zoals bepaald in de verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening.
De “de-minimisregeling” biedt de mogelijkheid om steun toe te kennen aan ondernemingen gelimiteerd tot 300.000 euro over 3 jaar. De periode van 3 jaar heeft een rollend karakter. Het is belangrijk om te weten dat alle overheidssteun die onder “de-minimis” valt, meetelt om te bepalen of de limiet van 300.000 euro over de periode van 3 jaar al dan niet overschreden wordt”.
De overige overwegingen en bepalingen van de hierboven vermelde reglementen blijven onverkort van toepassing, overeenkomstig deze reglementen.
De aanvraagformulieren horende bij de bovenvermelde reglementen dienen eveneens conform de bepalingen van verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (EU Publicatieblad van 15 december 2023, L 352/1) en alle latere wijzigingen van die verordening, aangepast te worden.